Medezeggenschap genegeerd? Dat kan de school geld kosten

Laat een schoolbestuur de medezeggenschap versloffen of werkt het die zelfs tegen? Als laatste redmiddel kan de minister van Onderwijs voortaan een deel van de bekostiging inhouden. Dat geldt ook voor samenwerkingsverbanden passend onderwijs.

Tekst Miro Lucassen - - 2 Minuten om te lezen

ouders en schooltijden

Scholen waar de medezeggenschap een sluimerend bestaan leidt of vrijwel afwezig is, ze bestaan nog steeds. Ook komt het voor dat de medezeggenschapsraad wordt behandeld als een soort stempelmachine voor beslissingen van bestuur en directie.

Ouders en personeel kunnen daar verandering in brengen: het recht op medezeggenschap staat in de wet. Bij overtredingen kan de mr een zaak aanspannen bij de geschillencommissie. Ook de Inspectie voor het Onderwijs heeft sinds 2022 een rol. Medezeggenschap is onderdeel van het toetsingskader. Als de school onvoldoende scoort, komt er een herstelopdracht. Die is net zo belangrijk als de herstelopdrachten bij onderwijsprestaties die onder de norm liggen.

Faillissement in zicht

Een laatste vangnet, de vernieuwde beleidsregel financiële sancties, moet voorkomen dat al te eigenzinnige schoolbesturen of te lakse medezeggenschappers hun taken straffeloos kunnen verwaarlozen. Net als bij stelselmatig onderpresteren op onderwijsgebied kan de minister sinds 1 januari 2025 een deel van de bekostiging intrekken. In zo’n geval moet het bestuur wel actie ondernemen om de situatie te verbeteren. De kosten van salarissen en materialen lopen door en zonder de overheidsbijdrage komt een faillissement al snel in zicht.

Deze boeteregeling verloopt trapsgewijs. In de eerste drie maanden kan de minister maximaal 15 procent van de bekostiging inhouden. De drie maanden daarna mag het percentage oplopen tot 75 procent. Zou de school na een half jaar nog altijd niet aan de herstelopdrachten voldoen, dan kan de volledig bekostiging vervallen.

Samenwerkingsverband

Voor samenwerkingsverbanden passend onderwijs geldt dezelfde regeling. Medezeggenschap is daar georganiseerd via een ondersteuningsplanraad (opr). De bevoegdheden van deze raden, die meestal ver af staan van de dagelijkse praktijk, zijn beperkt. De opr heeft adviesrecht op de vaststelling van competentieprofielen en bij aanstelling of ontslag van het bestuur.

Een keer per vier jaar instemmen met het ondersteuningsplan is de belangrijkste formele taak. Deelnemende scholen hebben daardoor zelden inzicht in wat de opr doet. Ook lukt het de gemiddelde ondersteuningsplanraad niet om inhoudelijk een volwaardige partner te zijn van de directie van het samenwerkingsverband. Een evaluatierapport hierover uit 2019 heeft niet geleid tot andere bevoegdheden of taken van de opr.

Inspectierapporten zijn openbaar

In de praktijk is dreigen met financiële sancties vrijwel altijd afdoende om scholen tot inkeer te brengen. De herstelopdrachten en het instellen van verscherpt toezicht door de Inspectie zijn openbaar. Dat heeft effect op de belangstelling van nieuwe leerlingen. Ook hoort het onderwerp thuis op de agenda van medezeggenschapsraad en ondersteuningsplanraad.

Vrijwel altijd komt er een oplossing voordat de geldkraan dichtgaat. Uitzondering zijn drie Amsterdamse scholen, waar bestuurlijke ruzies het tussen 2021 en 2024 onmogelijk maakten om kwaliteitsproblemen op te lossen. Het ministerie trok een deel van de financiering in, wat ertoe leidde dat de niet functionerende bestuurders het veld moesten ruimen.