Functiebouwwerk vo
Het onderwerp functiegebouw krijgt in de cao VO veel minder aandacht dan in die voor het primair onderwijs. In dit artikel de belangrijke hoofdstukken uit de cao en een aantal tips.
Hoofdstuk 5 Functies en functiewaardering gaat in op de systematiek én de functiemix:
5.1. Functiewaardering Voor de beschrijving en de waardering van de functies maakt de werkgever gebruik van FUWA-VO 2010.
5.2. Functiemix
1. De functiemix en eventuele maatwerkafspraken zijn uitgangspunt voor het overleg met de P(G)MR als onderdeel van het (meerjaren)formatieplan.
2. Sociale partners blijven de ontwikkelingen van de functiemixpercentages op sectorniveau monitoren en komen bij een dalende landelijke trend passende afspraken overeen.
Hoofdstuk 11 Functies geeft een toelichting op het functiebouwwerk en beschrijft de opties om bezwaar te maken.
Tip aan de cao-partijen: maak hier 1 hoofdstuk van.
De systematiek (fuwasys) voor het beschrijven van functies is gelijk in po en vo. Een score op diverse onderdelen van de functie bepaalt de zwaarte en daarbij de inschaling. Die is niet voor eeuwig: bij een functiegebouw horen functielijnen en doorgroeimogelijkheden.
De medezeggenschap is aan zet als het tijd is om functies opnieuw te beschrijven, na veranderingen in de organisatie of omdat het alweer jaren gelden voor het laatste is gebeurd. De eerste belangrijke rol voor de mr is bewaken dat er een goed proces wordt afgesproken. Dat staat niet direct als bevoegdheid in de cao, maar wel als gevolg van artikel 11.1.1: De werkgever stelt in overleg met de p(g)mr het functiebouwwerk vast. Dat betekent instemming en voor de mr instemming kan geven moet een goed proces zijn doorlopen. Wat is een goed proces? Denk in elk geval hieraan:
- betrokkenheid van medewerkers bij de beschrijving van hun (nieuwe) functie;
- geef ruimte voor hoor- en wederhoor niet alleen individueel maar ook in functiegroepen. Vaak wordt dat laatste niet georganiseerd, maar de pmr kan er een rol in spelen;
- wees je als mr ervan bewust dat vooral OOP’ers geregeld te maken krijgen met veranderingen in hun functiebeschrijving;
- zorg voor interne bezwaarmogelijkheden voordat er externe procedures aan te pas komenn;
- geef ondersteuning aan de betrokken personeelsleden, ook door als personeelsgeleding vooraf hulptroepen te mobiliseren.
De gang naar de externe bezwarencommissie is mogelijk, maar kent een hoge drempel. Dat het kan is goed, maar de grootste winst valt te halen in een slim intern proces.
Nog wat punten om als mr alert op te zijn: volgens hoofdstuk 5.2 zijn de functiemix en eventuele maatwerkafspraken nog altijd uitgangspunt bij het bepalen van de (meerjaren)formatie. De eerder afgesproken verhoudingen tussen LB-, LC- en LD-functies zijn nog altijd geldig. Aangezien de pgmr instemmingsrecht heeft op de formatie, geldt dat ook voor die verhouding. Als het bevoegd gezag eraan wil sleutelen, zal de overlegpartner met een goed onderbouwd voorstel moeten komen.
Mocht je met dit bijltje gaan hakken, dan kunnen de trainers en mr-adviseurs van de AOb helpen.