Corona, medezeggenschap en online les. Hoe doen we dit?

Nu er voortdurend leerlingen thuis moeten blijven wegens de uitslagen van coronatests of omdat ze in een risicogroep vallen, willen we deze kinderen helpen bij te blijven door zoveel mogelijk lessen gecombineerd op school en digitaal te geven. Waar moeten we vanuit de medezeggenschap op letten?

Tekst Miro Lucassen - - Minder dan een minuut om te lezen

Antwoord

Arbeidsomstandigheden zijn een mr-zaak en coronamaatregelen horen dus op de medezeggenschapsagenda. Hoe begrijpelijk de gedachte ook is om een les te digitaliseren door vanuit de klas een videostream te verzorgen naar de leerlingen die er niet bij kunnen zijn, dat is de praktijk ondoenlijk zonder extra ondersteuning. Onderwijs geven op afstand is meer dan eenrichtingsverkeer; net zoals in de klas is er ook met de leerlingen thuis communicatie nodig. Ze moeten vragen kunnen stellen en uitgedaagd worden. Dat kan niet als een docent de aandacht dient te verdelen tussen de camera en de aanwezigen in het klaslokaal.

Het met de vo-raad afgesproken protocol zegt dan ook expliciet dat een docent niet op hetzelfde moment afstandsonderwijs en fysiek onderwijs geeft. Leerlingen op afstand mee laten kijken naar wat er in het lokaal gebeurt mag volgens het protocol, maar dat telt niet als afstandsonderwijs. Het is moeilijk te beoordelen hoe effectief een dergelijke uitzending is. Daarnaast zitten er aan zo’n oplossing diverse bezwaren. Een klaslokaal hoort een veilige omgeving te zijn voor alle aanwezigen, en dat principe loopt gevaar als de stream verder wordt verspreid dan de direct betrokken leerlingen. Een opname is technisch makkelijk te maken. De AOb adviseert dan ook alleen lessen digitaal uit te zenden als er strikte afspraken zijn gemaakt ter bescherming van de privacy.

De situatie kan zich ook andersom voordoen, als een docent thuis in quarantaine moet zonder zelf ziek te zijn. In dat geval mag de werkgever verlangen dat de leerkracht onderwijs op afstand verzorgt, waarbij de school verantwoordelijk is voor de bescherming van ieders privacy en de noodzakelijke technische middelen.